SPREAD THE INFORMATION
Any information or special reports about various countries may be published with photos/videos on the world blog with bold legit source. All languages are welcome. Mail to lucschrijvers@hotmail.com.
Autobiography Luc Schrijvers Ebook €5 - Amazon
Search for an article in this Worldwide information blog
vrijdag 24 augustus 2012
Populisme van de politieke partijen kan compleet stuurloos Belgisch energiebeleid niet maskeren
Er gaat geen dag voorbij of we lezen onheilspellende berichten over een dreigende black-out in België en de impact op onze energieprijs. Het vermeende probleem met de reactorvaten van enkele kerncentrales drijft deze discussie nu nog verder op spits. Energie is de afgelopen maanden een zeer dankbaar thema geworden om zich als politieke partij te profileren. Helaas staat deze politieke stemmingmakerij vaak ver van wat er zich echt op de markt afspeelt. Wie door deze praatjes heen kijkt, ziet het echte probleem: een compleet stuurloos Belgisch energiebeleid. Tijd voor een check met de economische realiteit op de energiemarkt.
Bevoorradingszekerheid
Er wordt massaal paniek gezaaid over de bevoorradingszekerheid. Er wordt de komende maanden een schaarste aan elektriciteit voorspeld met het risico dat het licht in België uitgaat. Iedereen die een beetje notie heeft van economie, weet dat als dat effectief het geval is, deze schaarste zich ook zou moeten vertalen in hoge prijzen voor elektriciteit in verhouding tot onze buurlanden (energieprijs op zich, exclusief distributiekosten en heffingen). De zogenaamde “spark spread” – het verschil tussen de verkoopprijs van elektriciteit en kostprijs van gas om die elektriciteit te maken (marge gascentrale) – zou hoog moeten zijn en elektriciteitsproducenten zouden momenteel dus goed geld moeten verdienen. Maar wat stellen we vast op de groothandelsmarkt voor elektriciteit? De prijs in België is niet hoger dan de prijs in de ons omringende landen en de spark spread is tot historische laagtes afgezakt. Geen wonder dat uitbaters van aardgascentrales klagen bij staatssecretaris voor Energie Wathelet over de rendabiliteit van hun installaties. We zien op de markt dus eerder een probleem van overcapaciteit dan van een tekort. Wat is hier aan de hand?
Als het over bevoorradingszekerheid gaat, wordt er nagenoeg altijd de fout gemaakt om enkel naar de Belgische situatie te kijken. Dat is een foute benadering. Energievoorziening is een Europese aangelegenheid. De verschillende nationale transmissiezones zijn met elkaar verbonden en zijn afgestemd op elkaar om het cruciale evenwicht tussen vraag en aanbod aan energie te garanderen. Problemen in een land op het vlak van energievoorziening hebben dus ook implicaties op transmissiezones van andere landen. Alvorens te spreken over black-out scenario’s in België moet men dus kijken naar de productiecapaciteit over de grenzen heen. Voor België zijn de Benelux, Frankrijk en Duitsland de relevante zones. In deze bredere context is er geen capaciteitsprobleem. In Nederland bijvoorbeeld zijn in de jaren voor de crisis – hier wél gedreven door een stimulerend overheidsbeleid – massaal investeringsbeslissingen (gas- en steenkoolcentrales) genomen. Gevolg is een aanzienlijke overcapaciteit die nog jaren zal blijven doorwerken. Tennet, de Nederlandse tegenhanger van Elia, raamt de overcapaciteit op een kleine 12 GW in 2019. Dat is 4 keer de kerncentrale van Doel. In Nederland verzuipt men dus in de elektriciteit, terwijl we in België in de kranten lezen dat weldra het licht uitgaat.
Voor dit aspect lijkt men in het energiedebat volledig blind te zijn. Invoer wordt bekeken als de allerlaatste strohalm om in de energiebehoefte te kunnen voorzien. Iets wat zoveel mogelijk moet worden vermeden. Dat strookt niet met wat er zich op de markt afspeelt. Dagdagelijks wordt er gebruik gemaakt van de interconnectiecapaciteit, niet noodzakelijk uit technische overwegingen maar zuiver voor financiële arbitrage. Invoer heeft ook het stigma van zeer duur te zijn. Ook dat staat ver van de economische realiteit. De markten zijn intussen dusdanig gekoppeld dat de prijzen zeer sterk convergeren. Het marktkoppelingssysteem is zo ingericht dat de prijzen tussen de landen enkel verschillen als er onvoldoende beschikbare interconnectiecapaciteit is op de landsgrenzen. In 2011 verschillenden de prijzen in België van die van Nederland, Frankrijk en Duitsland in slechts 0,5% van de tijd (cijfers CREG). Ingevoerde elektriciteit is dus niet duurder.
Maar is er wel voldoende van die interconnectiecapaciteit aanwezig om die buitenlandse stroom naar België te brengen? Als straks in België grote centrales al dan niet gepland vervroegd moeten sluiten, knelt hier mogelijks het schoentje. Toch wordt ook dit probleem vandaag overroepen. België is één van de best geïnterconnecteerde landen van Europa. Volgens cijfers van de CREG was de invoercapaciteit in België in 2011 gemiddeld 4.250 MW. Dat is 40% van het gemiddelde verbruik in België en 30% van het piekverbruik. Om maar te zeggen dat er wel wat marge is.
Men geeft er schijnbaar de voorkeur aan om oude centrales zo lang mogelijk in leven te houden of zelfs opnieuw op te starten in plaats van elektriciteit geproduceerd met veel modernere en bijgevolg efficiëntere centrales in te voeren. Men denkt er aan om deze centrales extra te vergoeden, alleen al om hun capaciteit ter beschikking te houden. De vraag is natuurlijk met welk geld. Dergelijke maatregelen brengen – gelet op de Europese overcapaciteit – niet alleen onnodige kosten met zich mee, ze versterken ook het probleem. De overcapaciteit wordt er alleen maar groter door. Gevolg: de spark spreads dalen nog verder, centrales worden nog minder rendabel en er is nog meer steun nodig om ze (onnodig) open te houden. Een vicieuze cirkel.
Prijzen
Ook zeer storend in het energiedebat is de manier waarop er gepraat wordt over de impact van beslissing op de energieprijzen. Zo beweert minister Van de Lanotte dat het sluiten van de kerncentrales geen impact zal hebben op de prijs die de energieconsument betaalt. Dat is onzin. Aangezien elektriciteit niet op grote schaal stockeerbaar is, wordt de prijs op de groothandelsmarkt gezet door de laatst ingezette centrale om aan de energievraag te voldoen (marginal cost pricing). Dat is typisch de gascentrale. Vandaar ook de link tussen gas- en elektriciteitsprijzen. Als nu de goedkope kerncentrales uit dienst worden genomen, dan worden de gascentrales sneller aangewend om de energievraag te kunnen voldoen. Hogere productiekosten dus en dus ook hogere verkoopprijzen op de groothandelsmarkt. Op de termijnmarkten voor elektriciteit is deze stijging ook al effectief waarneembaar. Sinds de bekendmaking van de problemen met Doel 3 is de elektriciteitsprijs – ook mede door het warme weer – gestegen met ongeveer 4 €/MWh. De meeste energieleveranciers in België hebben zelf geen productie-assets en kunnen dus niet anders dan deze stijging in de groothandelsprijs door te rekenen aan de eindconsument. Wie het tegendeel beweert, houdt de consument voor de gek.
Begin dit jaar heerste er bij de politici een hoera-stemming omdat men erin geslaagd was om de energieprijzen te bevriezen en de verbrekingsvergoedingen af te voeren. Men had de strijd tegen het machtige Electrabel gewonnen en de energieconsument een flinke dienst bewezen. Dit is inderdaad zo op zeer korte termijn maar op langere termijn is dit alleen maar nefast voor de consument én voor het beetje concurrentie dat was opgebouwd in de leveringsmarkt. Zoals gezegd hebben weinig leveranciers in België ook productiefaciliteiten en zijn ze dus volledig afhankelijk van groothandelsmarkten waarop de prijzen worden beïnvloed door internationale grondstofprijzen, geopolitieke gebeurtenissen, enzoverder. Wanneer zij prijsstijgingen niet kunnen doorzetten in hun verkoopprijs, komt hun rendabiliteit in gevaar. Geïntegreerde bedrijven zoals Electrabel daarentegen, kunnen margeverlies in elektriciteitslevering compenseren met extra inkomsten langs de productiekant. De pesticide die de overheid ontwikkeld heeft om Electrabel te bestrijden, zou later wel eens een meststof kunnen blijken.
Nog een laatste voorbeeld. In het uitvoeringsplan van Wathelet werd beslist om een deel van de nucleaire capaciteit ter beschikking te stellen van andere marktpartijen dan Electrabel. Dat zou dan resulteren in een lagere energiefactuur voor de consument. Concreet gaat het over 1.000 MW capaciteit, ongeveer 10% van het totale elektriciteitsverbruik in België. Het is ten eerste zeer twijfelachtig dat dit iets aan de prijs zal veranderen want zoals gezegd blijft de gascentrale de prijszetter maar stel nu nog dat dit volume 10 €/MWh onder de marktprijs kan worden aangekocht en dat dit voordeel integraal wordt doorgezet naar de consument. In dat geval daalt de gemiddelde elektriciteitskost met 1 €/MWh. Voor een gemiddeld gezin betekent dit een besparing van ongeveer 4 € per jaar. Hoera!
Het lijkt alsof de Belgische overheid denkt dat ze de fundamentals van de internationale energiemarkt kan veranderen. Intussen schiet ze ruimschoots tekort op die elementen van de factuur waarop ze zelf wél een invloed kan op uitoefenen. Denk bijvoorbeeld aan de distributiekosten die we betalen aan Eandis. Deze zijn de afgelopen jaren geëxplodeerd en vertegenwoordigen voor een gezin intussen een grotere kostenpost dan de energie zelf. Een groot deel is te wijten aan het systeem van groenestroomcertificaten dat via deze tarieven wordt gefinancierd. Dit systeem kan veel efficiënter en dus goedkoper maar de overheid heeft veel te lang gewacht om in te grijpen zodat het kostenplaatje al hoog is opgelopen. Bovendien zijn er ook alternatieve financieringsmogelijkheden zoals bijvoorbeeld het benutten van de nucleaire rente. En vinden we het normaal dat een bedrijf dat instaat voor de distributie van elektriciteit in Vlaanderen meer dan 500 bestuurders (lees: politieke mandaten) nodig heeft om te functioneren? Hier is meer vet van de soep te halen dan bij de energiebedrijven zelf, van wie verkeerdelijk wordt aangenomen dat ze woekermarges draaien.
Conclusie
We worden ons om de oren geslagen met onheilspellende boodschappen over productietekorten en hoge energieprijzen maar dit is in de eerste plaats politieke stemmingmakerij. Intussen worden de echte problemen niet aangepakt en schuift België de noodzakelijke transitie naar een duurzame energievoorziening voor zich uit.
Ons energiebeleid moet de energiebevoorrading Europees bekijken en moet verder inzetten op de uitbouw van interconnectiecapaciteit. Daarnaast moet ook de reservemarkt worden opengebroken (centrales of verbruikers die op afroep van Elia worden in- of uitgeschakeld). Vandaag is het aantal partijen dat op deze markt aanbiedt beperkt omdat men slechts vanaf een bepaalde productie of verbruik in aanmerking komt. Door die grens te verlagen zou een groot potentieel aan stuurbare productie en verbruik bij bedrijven dat vandaag reeds aanwezig is kunnen worden aangesproken. Tenslotte dienen ook de vergunningstrajecten voor de bouw van nieuwe productie-eenheden worden vereenvoudigd en dient het ondersteuningsbeleid voor hernieuwbare energie nu eindelijk eens standvastig te worden. Het gevoerde prijsbeleid is nefast voor de concurrentie en draagt nauwelijks bij aan de reductie van de energiefactuur.
Het feit dat deze zaken ontbreken is de echte oorzaak van het uitblijven van investeringen in nieuwe productiecapaciteit en de beperkte concurrentie want zuiver economisch gezien is er geen enkele reden waarom bijvoorbeeld een gascentrale in België minder rendabel zou zijn dan eenzelfde centrale in Nederland. Dit kan volledig op het conto van het falende Belgische energiebeleid worden geschreven. Het is zeer populair om de zwarte piet door te schuiven naar de grote monopolist maar Electrabel heeft gelijk als het zegt dat het zich niet verantwoordelijk voelt voor de energievoorziening van België. Net als elk ander bedrijf in een geliberaliseerde markt, streeft het winstmaximalisatie na en niet het algemeen Belgisch belang. En als je als energieproducent of – leverancier je winst wil maximaliseren dan moet je nu vooral niet in België zijn.
Bron : Express.be
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten