4. Een Zimbabwe-scenario voor het slachthuis Venezuela?
Veiligheidstroepen van het regime in Venezuela hebben tussen januari tot juni dit jaar al 1.569 vermoedelijke opposanten van het bewind ontvoerd en om het leven gebracht.
Dat staat te lezen in een rapport van de Verenigde Naties, dat vandaag wordt gepresenteerd.
In 2018 zijn er volgens het rapport 5.287 criminelen gedood, 'omdat zij zich tegen hun arrestatie verzetten'. Maar volgens de VN is hier in de meeste gevallen sprake van buitengerechtelijke executies, waarmee doelbewust tegenstanders van het autoritaire regime uit de weg worden geruimd.
De slachtoffers zijn voornamelijk jonge mannen die worden aangehouden "wegens verzet, gepleegd tegen arrestatie en tegen autoriteiten". Daarbij wordt de indruk gewekt dat het om drugscriminelen gaat, door drugs op hun lichamen te plaatsen.
Het rapport van de Verenigde Naties is gebaseerd op interviews met 550 Venezolanen en cijfers die het regime vrijgaf.
Critici van het regime stellen vaak dat het economisch volkomen ingestorte olierijke land een narcostaat is geworden en dat de top van het militaire apparaat, die het regime in het zadel houdt, zich als een drugsmaffia gedraagt.
De tijd is dan ook aangebroken om te erkennen dat hoewel economische sancties tegen individuele leden van het Maduro-regime zeker gerechtvaardigd zijn, de internationale sancties met betrekking tot de export van olie, disproportionele schade dreigen te berokkenen aan het nu al noodlijdende Venezolaanse volk. Velen vrezen voor een Zimbabwe-scenario, waarbij een kleine kliek misdadigers jarenlang aan de macht blijft door repressie en zelfverrijking, terwijl het volk gewoon uitgehongerd wordt.
Hoewel de vergelijking niet volledig opgaat (Zimbabwe beschikt niet zoals Venezuela over de grootste bewezen oliereserves ter wereld) is hongersnood, in een land waar burgers vandaag al 10 uur per dag in de rij staan om voedsel te bemachtigen, een te hoge prijs voor een volk dat een regimewissel verdient.
|
Geen opmerkingen:
Een reactie posten